Rapport

Afbouw vrijstelling accijnzen bunkerbrandstoffen. Quickscan van de effecten voor de luchtvaart en scheepvaart

In dit project heeft CE Delft in opdracht van het ministerie van Financiën een quickscan uitgevoerd naar de effecten van het terugbrengen van de fossiele subsidies voor de scheepvaart en luchtvaart. Onderzocht zijn de effecten van het opheffen van de belastingvrijstelling in twee varianten, namelijk voor brandstoffen die in Nederland getankt worden én voor een opheffing in EU-verband. De belangrijkste conclusies zijn:

Zeevaart:

  • Schepen zullen zo veel mogelijk ergens anders ter wereld brandstof bunkeren (lage accijnsopbrengsten in Nederland).
  • Vervoerstromen veranderen weinig en effecten op de reductie van broeikasgassen zijn klein.

Binnenvaart en kustvaart:

  • Bij een nationale opheffing gaat bunkertoerisme plaatsvinden (buiten Nederland). De accijnsopbrengst in 2030 zullen rond € 185 miljoen zijn.
  • Als de afbouw van de vrijstelling in Europees verband wordt uitgevoerd lopen de accijnsopbrengst in Nederland in 2030 op tot € 670 miljoen.
  • De kostenstijging van de binnenvaart zal leiden tot een beperkte model shift naar spoor- en wegvervoer.

Visserij, drijvende werktuigen:

  • Voor de visserij, drijvende werktuigen en andere niet-goederenvervoer gerelateerde scheepvaart zorgen hogere kosten voor een verslechtering van de internationale concurrentiepositie. Bij een nationale invoering is dit effect groter dan bij een Europese aanpak.

Luchtvaart

  • Effecten hangen sterk af van het feit of de vraag naar luchtvaart groter of kleiner is dan de geldende capaciteitsrestricties.
  • Bij meer vraag dan beschikbare capaciteit blijft het aantal vluchten constant. De accijns zorgen ervoor dat schaarstewinsten van luchtvaartmaatschappijen afgeroomd worden en in de staatskas belanden. Het effect op de CO2-uitstoot is klein.
  • Indien de vraag door de accijns kleiner wordt dan de beschikbare capaciteit daalt het aantal vluchten in Nederland en de mondiale CO2-emissies.
  • De opbrengsten voor de Nederlands schatkist zijn rond € 450 miljoen per jaar indien alleen vluchten naar Europese bestemmingen belast wordt en tussen € 1,4 miljard en € 1,8 miljard per jaar bij een belasting voor alle bestemmingen.

Auteurs