Sinds vorig jaar wordt er onderhandeld over een vervolg op het Convenant Verpakkingen II. Een groot aantal knelpunten is reeds opgelost. Over de aanpak van het zwerfafvalprobleem bestaat echter nog discussie. Om de effectiviteit, kosten en andere relevante aspecten van maatregelen gericht op de bestrijding van zwerfafval te bestuderen hebben VROM en SVM-PACT een consortium van bureaus en adviseurs opdracht gegeven voor een intensieve maar kortlopende studie. Milieuadviesbureau CE (hoofdaannemer), PricewaterhouseCoopers (PwC), NFO-Trendbox, en De Straat Milieuadviseurs hebben deze opdracht uitgevoerd, daarbij mede geadviseerd door prof. C. Midden (TU-Eindhoven) en ir. R. van Duin (Bureau B&G/Stichting Natuur en Milieu). Via drie samenhangende deelstudies is in korte tijd inzicht verkregen in de werkzaamheid van afzonderlijke maatregelen en combinaties daarvan tegen zwerfafval:
In de studie is allereerst een inventarisatie gemaakt van mogelijke maatregelen; onderverdeeld in de volgende categorieën:
Vervolgens zijn drie concepten samengesteld. Een concept is een combinatie van de hierboven beschreven maatregelen. De drie concepten zijn zo samengesteld dat binnen deze drie voldoende onderscheidende elementen onderzocht konden worden, namelijk:
De concepten zijn getoetst, onder andere via een consumentenonderzoek, op een aantal criteria waarvan effectiviteit op de vermindering van zwerfafval en de kosten de belangrijkste zijn. Concept 1 geeft naar inschatting een vermindering van al het zwerfafval met 45% voor een jaarlijks budget van 40 miljoen gulden. Concept 3 laat voor zwerfafval van blikjes en flesjes een reductie van 83% zien en voor het overige zwerfafval van 43% tegen een jaarlijks budget van 105 miljoen. Concept 2 zit er tussen in met een budget van 76 miljoen en een effect van 65% op blikjes en flesjes en 43% op het overige zwerfafval. Het projectteam spreekt geen eindoordeel over de beste van drie uitgewerkte concepten uit. De weging van de verschillende toetsingaspecten is sterk bepalend voor het eindoordeel. De drie ontwikkelde concepten geven een speelveld aan; het zijn ingrediënten voor onderhandeling, geen eindplaatje.