Uit eerder onderzoek blijkt dat de industrie en energiecentrales in Nederland nog zeer veel restwarmte lozen naar de omgeving. Een deel daarvan (ca. 100 PJ/jr) is geschikt voor nuttig hergebruik in het eigen bedrijf, bij andere bedrijven of in de gebouwde omgeving. Hergebruik leidt tot energiebesparing, CO2-reductie en reductie van negatieve effecten van warmtelozingen op de waterkwaliteit.
In deze verkenning is de huidige stand van zaken voor beleidsmakers in beeld gebracht: welk beleid en welke wet- en regelgeving zijn op dit moment relevant, welke kansen zijn er voor benutting van restwarmte, wat zijn de belangrijkste barrières en oplossingen? De resultaten bieden concrete aanknopingspunten om te komen tot een betere benutting van restwarmte.
Opdrachtgever voor deze studie was Rijkswaterstaat Water, Verkeer en Leefomgeving.